Direct naar content

Wettelijke bepalingen

Beeldschermwerkplek

Om de kans op gezondheidsklachten bij de inrichting van administratieve, beeldschermwerkplekken en baliewerken binnen de organisatie te verkleinen, moeten deze voldoen aan algemene eisen en normen op het gebied van ruimte en inrichting.

U dient te voldoen aan de algemene eisen en normen op het gebied van ruimte en inrichting.

Werkplek

Werknemers in Nederland hebben recht op een veilige en gezonde werkplek, ook op kantoor.

Normen en wetgeving

Voor de inrichting van kantoorwerkplekken geldt de norm NEN 1824:2010. Deze herziene norm gaat o.a. uit van een optelsom van verschillende onderdelen die op de werkplek aanwezig zijn.

Voor de inrichting van een werkplek op kantoor geldt een minimumoppervlakte van 4 m2 voor iedere werkplek die langer dan 2 uur per dag wordt gebruikt.

Voor een kantoorwerktafel geldt de volgende minimumoppervlakte:

  • Eén vierkante meter voor een werkplek met een plat beeldscherm.
  • Twee vierkante meter voor een ander type beeldscherm.
  • Minimaal één vierkante meter voor lees- en schrijfwerk.
  • Minimaal één vierkante meter voor het uitleggen van tekeningen.
  • Eén vierkante meter voor elke vrijstaande of verrijdbare ladekast.
  • Voor een vergaderruimte geldt minimaal 2 vierkante meter per persoon.

Het aantal vierkante meters voor een afdeling is een optelsom van het aantal personen, de werkzaamheden en de apparatuur die voor het werk nodig is.

Bureau en bureaustoel

Voor het bureau en de bureaustoel gelden onderstaande eisen.

Bureau

  • Het werkblad is minimaal 120 cm breed x 80 cm diep.
  • De voorzijde heeft een (bijna) recht aanzitdeel van ten minste 65 cm breed.
  • De hoogte is eenvoudig instelbaar tussen 62 en 85 cm (oudere tafels mogen instelbaar zijn tussen 62 en 82 cm).
  • Het bovenblad is licht maar niet wit, krasvast en mat (niet spiegelend).
  • Er is veel vrije knieruime onder de tafel: ten minste 65 cm diep.
  • Bij de voeten is de vrije ruimte 80 cm diep.
  • Het tafelblad is, inclusief de draagconstructie aan de voorzijde, niet dikker dan 5 cm.

Bureaustoel

  • De zithoogte is verstelbaar van 41 tot 55 cm.
  • De zitting is vlak, minimaal 40 cm breed en 44 cm diep en heeft een verstelbare hellingshoek van -7 tot 3 graden, vast te zetten op een hoek van -3 graden.
  • De voor- en achterzijde van de zitting en de boven- en onderzijde van de rugleuning zijn afgerond.
  • De zitdiepte is verstelbaar van 38 tot 48 cm.
  • De voorzijde van de rugleuning is vloeiend, zonder knikken of hoeken met een horizontale straal van 40 cm of meer.
  • De breedte van de rugleuning is minimaal 36 en maximaal 46 cm, de lengte minimaal 37 cm.
  • De lendesteun is verstelbaar in hoogte: het middelpunt van de steun is ten minste verstelbaar tussen 17 en 23 cm boven de zitting.
  • De armsteun heeft een verstelbare hoogte van 20 tot 30 cm en is minimaal 5 cm breed en 20 cm lang.
  • De afstand tussen de armsteunen is instelbaar tussen 36 en 51 cm.
  • De afstand van de voorzijde van de armsteun tot de voorzijde van de zitting is minimaal 20 cm.
  • Het onderstel heeft vijf zwenkwielen en is draaibaar.
  • De afstand tussen de draaias en de vloer is minimaal 2 cm.
  • De stoel is veilig en stabiel en heeft geen scherpe of uitstekende delen.